Re-integratie na burn-out: hoe bouw je jezelf én je werk weer op?
Ben jij herstellende van een burn-out en vraag je je af: wanneer kan ik weer aan het werk? En hoe pak ik dat dan aan zonder terug te vallen?
Ik zie vaak dat mensen zich die vraag stellen nog vóór ze goed en wel op adem zijn gekomen. Niet gek: de druk is hoog, van binnenuit én van buitenaf. Maar laat me je meenemen in een andere benadering. Eén die niet draait om snelheid, maar om duurzaamheid. Niet om prestatie, maar om energie.
Je hoeft niet 100% hersteld te zijn
Dat is misschien het eerste wat je mag weten. Volledig hersteld zijn is géén voorwaarde om te starten met re-integratie. Waar het om gaat is dit: voel je weer wat ruimte?
- Kun je een paar uur met aandacht iets doen, zoals een museum bezoeken of een familiebijeenkomst organiseren?
- Krijg je weer een beetje zin in werk, of ben je het thuiszitten zat?
- Ga je je vervelen?
Dat zijn de signalen dat het tijd is om een eerste stap te zetten. Het zijn tekenen van herstel. Door weer iets te gaan doen, bevorder je herstel. Maar je moet het wel met wijsheid aanpakken.
En belangrijk: re-integratie is geen wedstrijd. Het is hersteltraining. Want je bent niet 'een beetje moe', je bent opgebrand. Zoals ik ooit schreef: burn-out is een error in je hoofd, hart en handen. De stroom is eraf. Je systeem is tijdelijk buiten werking.
E-book en webinar - Burn-out: een error in je lijf
Het e-book "Burn-out: een error in je lijf" is geschreven door Jan Stevens en biedt samen met het webinar een diepgaande verkenning van burn-out, inclusief persoonlijke ervaringen, praktische tips voor herstel, en een kritische blik op de rol van maatschappij en organisaties bij het voorkomen en aanpakken van burn-out.
Stap 1: contact met je werk hervatten
De eerste stap is simpel, maar spannend: weer contact leggen met je werk. Geen werkoverleg, geen targets. Gewoon: een gesprek met een collega of leidinggevende. Even de sfeer proeven. Waarom? Omdat jij bent veranderd sinds je uitviel. En de werkvloer is vaak hetzelfde gebleven. Dat verschil moet je even kunnen aftasten. Soms zijn er meerdere gesprekken nodig voor je je weer veilig voelt. Neem die ruimte. Het hoort erbij.
Stap 2: kies lichte, overzichtelijke taken
Als je zover bent dat je iets wilt doen, begin dan klein en overzichtelijk. Kies taken:
- Die geen tijdsdruk hebben.
- Die je leuk vindt.
- Waar je niet direct afhankelijk bent van anderen.
- Waar geen druk of spanning is.
In de praktijk zien we mensen starten met bijvoorbeeld archiveren, systemen opschonen of praktische klusjes. Je bent boventallig in deze fase: dat betekent dat je er bent om te oefenen, niet om te presteren. En belangrijk: jij komt met een voorstel. Wat wil jij oppakken? Dan kijkt je werkgever mee wat mogelijk is.
Stap 3: voorzichtig starten met werken
De echte start is vaak:
- Eén of twee dagdelen per week.
- Niet te lang (denk aan twee of drie uur per keer).
- Met een dag ertussen om te herstellen.
Laat je hierbij niet forceren door bedrijfsartsen of leidinggevenden die vinden dat het sneller moet. Wat ik zie in de praktijk: forceren leidt vrijwel altijd tot terugval. En daar is niemand bij gebaat.
Deze fase is zwaar. Ook als je maar een paar uur werkt. Het is niet alleen lichamelijk, het is ook emotioneel. Zie het als conditietraining voor je hoofd en je lijf.
Terugval is geen falen. Sterker nog: ik durf te zeggen dat iedereen die herstelt van een burn-out er vroeg of laat eentje meemaakt. Het hoort bij het leerproces. Je lijf zegt simpelweg: “Dit is te veel.”
Uitbreiden in kleine stapjes
Gaat het goed? Dan kun je langzaam gaan uitbreiden. Niet in uren per dag, maar in dagdelen per week:
- Van twee naar drie dagdelen.
- Pas daarna naar vier.
- En dan: vier keer drie uur. Daarna: vier keer vier uur.
Je concentratie is meestal nog kwetsbaar, en het is fijner om vaker kort te werken dan lang door te moeten trekken. Eén dagdeel, dan een rustdag. Dat werkt vaak het beste.
Re-integratie is geen toets. Het is oefenruimte. Denk niet in slagen of zakken. Denk in leren, voelen, aanpassen.
Gerelateerde artikelen
- Burn-out herkennen en aanpakken
- Hoe bewaak je je energiebalans?
- Over-verantwoordelijk zijn: valkuil of kracht?
- Wanneer je jezelf tekort doet
Van arbeidstherapie naar arbeid
Als je merkt dat vier dagdelen goed gaan, kun je samen met je werkgever en bedrijfsarts gaan nadenken: zijn er taken die ik structureel weer kan doen? Is het tijd om me (gedeeltelijk) beter te melden?
Let op: dit is géén verplicht moment. Jij bepaalt of je structureel inzetbaar bent. Kun je je uren goed volhouden zonder uitputting? Dan is het tijd voor de volgende stap.
Wees niet bang als dat betekent dat je minder uren gaat werken dan vroeger. Je hoeft niet 'de oude jij' te worden. Misschien was die oude jij wel iemand die altijd maar doorging, nooit zijn grenzen voelde en vooral bezig was met moeten.
Terugvallen hoort erbij
In meerdere trajecten die ik begeleidde, zagen we dit patroon: iemand begon voorzichtig, ging goed, kreeg vertrouwen… en toen: een terugslag.
Bijvoorbeeld doordat het ineens drukker werd op het werk. Of doordat een te grote stap werd genomen in uren of verantwoordelijkheden.
In die gevallen herpakten we het plan. We stelden bij. En juist dat maakt het proces krachtig: je leert je grenzen kennen. En je leert ermee omgaan.
Wat maakt het verschil?
Drie dingen zijn cruciaal bij succesvolle re-integratie:
- Zelfregie: jij voelt je lijf en je hoofd. Vertrouw daarop.
- Draagvlak op het werk: een veilige omgeving, zonder druk.
- Herkenning van valkuilen: zoals perfectionisme, over-verantwoordelijkheid of please-gedrag.
Want daar zit vaak de kern. Je bent niet voor niets uitgevallen. Alleen als je ook met die patronen aan de slag gaat, is je herstel duurzaam.
Herstel betekent ook: afscheid nemen van oud gedrag. Stoppen met het overvragen van jezelf. Stoppen met altijd maar geven. En leren om ruimte te maken voor jezelf, voor wat jij nodig hebt.
Voorbeeld uit de praktijk
In een traject dat ik begeleidde begon iemand met drie keer twee uur werken. Na een paar weken ging dat goed. We breidden uit naar drie keer drie uur. Toen kwam een terugslag. De spanning liep op, het hoofd draaide overuren. We gingen terug naar drie keer twee uur. Hielden vast aan rustdagen ertussen. En zie: het werkte.
Later bouwden we weer op naar vier keer drie uur, en uiteindelijk vier keer vijf. Nu werkt hij weer structureel, maar op een manier die past. Geen bewijsdrang meer. Wel balans.
Tot slot: je hebt maar één lijf. Wees zuinig op jezelf.
Laat niemand je opjagen. Niet je werkgever, niet de bedrijfsarts, niet je eigen innerlijke criticus. Herstel is geen wedstrijd.
Geef jezelf de tijd. Leer opnieuw luisteren naar je energie. En besef: re-integratie is pas geslaagd als jij weer fluitend naar je werk kunt. En – minstens zo belangrijk – fluitend weer thuiskomt.
Veelgestelde vragen
Moet ik volledig hersteld zijn om te beginnen met re-integratie?
Nee, je hoeft niet de oude te zijn. Als je enige energie voelt en behoefte aan structuur, kun je starten op arbeidstherapeutische basis.
Wat is arbeidstherapeutisch werken precies?
Je werkt zonder prestatiedruk aan lichte, overzichtelijke taken, puur om je belastbaarheid op te bouwen.
Wat als ik een terugval krijg?
Dat hoort erbij. Pas het plan aan en bespreek wat er nodig is. Herstellen gaat niet in rechte lijn.
Mag ik ook minder terugkomen dan mijn oude uren?
Ja. Er zijn mensen die ervoor kiezen om structureel minder te werken. Wat past bij jou?
Wie bepaalt hoe snel ik moet opbouwen?
Jij. In overleg met je coach, arbo-arts en leidinggevende. Maar jouw gevoel is leidend.
Coaching bij burn-out
Bekijk de mogelijkheden voor coaching bij burn-out of bore-out.
Training gericht op stressreductie
Bekijk de leerdoelen gericht op stressreductie en stressmanagement.
Auteur
Dit artikel is geschreven door Jan Stevens. Jan Stevens is eigenaar en oprichter van De Steven training & coaching (www.desteven.nl). Op deze website tref je meer dan 2000 blogs over persoonlijke ontwikkeling, loopbaan, leiderschap, teamontwikkeling, hoogsensitiviteit en hoogbegaafdheid.