Universitair denkniveau en ongeschikt voor de universiteit
Stel je voor: je kunt gemakkelijk leren, je fietst op je gemak door de basisschool en daarna ga je gymnasium doen. Wellicht moet je wel wat harder trappen maar onderaan de streep haal je zelfs het gymnasium op je gemak. Er wordt al wat aan je getrokken over mogelijke studies die je zou kunnen doen. Want ja, de enige logische volgende stap is eigenlijk de universiteit. Maar toch…………
Depressief
Ik sprak deze week met Laura. Ze is inmiddels 20 jaar. Haar moeder is universitair docent, haar vader is gepromoveerd. Twee zussen van haar zitten op de universiteit en studeren hard. En ook Laura studeert gemakkelijk. Zo kwam ze op het gymnasium. Op haar 14e ging het al minder goed. Ze werd depressief. Laura daalde diep af in de existentiële vragen van het leven. Waarom ben ik hier? Ik sprak ook met de moeder van Laura. Haar moederhart was verscheurd. Laura sprak zelfs over suïcidale gedachten die ze regelmatig had.
Wat een verhaal hè? En weet je wat Laura is gaan doen? MBO-4 metaalbewerking. Sindsdien gaat het goed met haar. De depressie is verdwenen. Laura zegt: ‘ik moest iets met mijn handen doen en sinds ik dat doe, gaat het echt veel beter’.
Verwante informatie
Hoe kan dat nu?
Ik kom dit vraagstuk vaker tegen. Jongens en meisjes die goed kunnen studeren en qua IQ de universiteit gemakkelijk zouden moeten kunnen doen terwijl ze niet geschikt zijn voor een academische opleiding.
Ik denk dan toch aan de combinatie van willen, kunnen en zijn. Dat komt op deze website, in mijn e-books en in mijn werk steeds weer terug. Soms kún je het wel, maar past het niet bij je. Soms heb je wel het verstandelijk vermogen om iets te kunnen maar heb je niet de persoonlijke eigenschappen die erbij passen.
Belangrijk is dat je die dingen wilt die je kunt of zou kunnen leren, maar dat je ook die dingen wilt die bij jou als mens passen.
Beeldvorming klopt niet altijd!
De beeldvorming klopt niet altijd op dit terrein. Wanneer je het gymnasium kunt doen, is de universiteit wellicht een voor de hand liggende stap. Maar laten we niet vergeten dat het maatwerk is. Ieder mens is anders.
Ik moest denken aan een apotheker. Hij zei: ‘ik heb een aantal apothekers leidinggevende gemaakt en zo heb ik een managementteam gevormd. Achteraf de grootste fout die ik gemaakt had. Het is niet zo dat je meteen leidinggevende capaciteiten hebt, wanneer je de universiteit hebt gehaald’.
Hoe kom je er nu achter wat bij je past?
Vooropgesteld: je gaat er meestal pas over nadenken, wanneer je vastloopt. Eerder niet! Maar wees alert wanneer je vastloopt. Zie het als een stopteken op de ingeslagen weg. Zoek uit wat wel bij je past. En sla een nieuwe weg in!